Ontdek de Kleine Vijf van het Nationaal Park

10 juli 2024

In het Nationaal Park hebben we verschillende iconen die kenmerkend zijn voor het gebied. Dit zijn onze Kleine Vijf. Je kunt ze deze zomer allemaal tegenkomen in het park, met uitzondering van de nachtegaal, want die vliegt in juli alweer terug naar Afrika.

Parnassia

Een zeldzaam, beschermd duinbloemetje, typisch voor dit gebied. Met zijn kleine witte blaadjes is de parnassia het bekendste icoon van Nationaal Park Zuid-Kennemerland en komt daarom terug in het logo. Twintig jaar geleden was de parnassia vrijwel verdwenen. Het duin was te droog en te voedselrijk
geworden. Dankzij menselijk ingrijpen is de parnassia weer terug. Wil je de parnassia zelf zien? Ze groeien van juli tot oktober in de natte duinvalleien en aan de oever van ‘t Wed.

Duinviooltje

Het duinviooltje komt vooral in voedselarme duingronden voor. Wist je dat duinviooltjes soms tot een meter diep in de grond wortelen? Zo kunnen ze zelfs bij hitte en droogte aan water komen. Behalve in de duinen van het Nationaal Park, vind je het plantje ook bij de natuurbruggen.

Kleine parelmoervlinder

Kijk deze zomer eens uit naar de kleine parelmoervlinder, herkenbaar aan het oranje-met-zwarte-stippenpatroon van de vleugels. De onderkant heeft juist opvallende zilverglanzende vlekken. Nét
parelmoer, vandaar de naam parelmoervlinder. Je kunt hem overal op bloemrijke graslandjes in het open duin tegenkomen. De rupsen van deze vlinder eten graag de blaadjes van het duinviooltje. Omdat duinviooltjes ontkiemen in los zand, zijn open zandplekjes zo belangrijk in ons Nationaal Park.

Zandhagedis

Wist je dat de zandhagedis ook wel de duinhagedis wordt genoemd? In de zomer warmt hij zich graag op in de zon. Met een beetje geluk zie je hem op een zonnig plekje. Het mannetje herken je aan zijn
prachtige groene kleur. Het vrouwtje is bruin van kleur en valt door haar schutkleur minder snel op.

Nachtegaal

Bijna een kwart van alle nachtegalen in Nederland broedt in Nationaal Park Zuid-Kennemerland! Op stille avonden of nachten in het voorjaar is hun indrukwekkende zang soms tot op een kilometer afstand in de duinen nog te horen. In de loop van mei neemt hun zangactiviteit sterk af, dan zijn ze druk met het voeden van hun jongen. En in juli vliegen zij weer terug naar Afrika, dus je zult nog even moeten wachten om ze weer te horen in het park.

Foto duinviooltje met kleine parelmoervlinder - Ruud Luntz

Overige foto's: Ruud Maaskant, boswachter PWN