De bij als ingenieur
De natuur streeft er altijd naar om zo efficiënt mogelijk met energie, materiaal en ruimte om te gaan. Een mooi voorbeeld daarvan is de honingraat / bijenraat van de bij.
De bijenraten worden gemaakt van was en bestaan uit een groot aantal cellen die een verschillende functie kunnen hebben. In de cellen van de bijenraat worden de eieren gelegd. Elke cel wordt voorzien van voedsel en wordt vervolgens afgesloten door een dekseltje van bijenwas. Sommige cellen dienen als broedkamer voor de larven en de poppen, andere dienen als opslagplaats voor stuifmeel en honing.
De productie van was is een kostbaar proces waar de bijen hard voor moeten werken, want voor een kg was moeten de bijen namelijk tot wel 10 kg honing en 1 kg stuifmeel verzamelen. Voor vijfhonderd gram honing bezoeken de bijen gezamenlijk een kleine drie miljoen bloemen. De bijen streven er daarom naar zo zuinig mogelijk te zijn met de was bij het bouwen van cellen. Ze zijn in staat om de wanden altijd even dik te maken namelijk 0,33 mm.
Wiskundig gezien zou een rond gevormde cel optimaal zijn, want die heeft het minste oppervlak per inhoud, dus bijen hebben voor die vorm het minste was nodig per cel terwijl het volume het grootst is. Maar bolletjes stapelen betekent dat er ook loze ruimte tussen de bolletjes zit. Een vorm die het meest op die van een cirkel lijkt en waarvan wordt vermoed dat het de best mogelijke manier is om een oppervlak in gebieden te verdelen van gelijke oppervlakte, is de gelijkvormige zeshoek, de hexagon, met zes gelijke zijden onder een hoek van 120°.
Dit (wiskundige) vermoeden is ouder dan onze jaartelling, maar is pas in 1999 door de wiskundige Thomas Hales bewezen. Bovendien blijken constructies bestaande uit zeshoeken zeer stabiel te zijn. Een honingraat van twintig centimeter bij veertig centimeter is gemaakt van vijftig gram bijenwas en kan twee kilo honing bewaren, zonder dat de raat onder deze last ineenstort. Hierbij is het gewicht van de raat slechts 2,5 procent van de bewaarde honing. De honingraat is voor de mens ook een voorbeeld om constructies te maken die tegen een stootje kunnen en de ruimte goed benutten. Zo worden er panelen met een honingraatstructuur gebruikt om vliegtuigen te bouwen die sterker en lichter zijn en daardoor minder brandstof verbruiken.
Bron: IVN natuureducatie