Maak kennis met het monster van de Kennemerduinen: de wilgenhoutrups...
Omschrijving van het monster. Het heeft het formaat van een kleine mannenvinger, maar dan met veel meer segmenten.
Beweegt zich gezwind en opvallend door het duin, ook overdag.
Zes kleine kromme poten met scherpe uiteinden.
En vooraan een paar tangen om u tegen te zeggen.
Bruinrood met her en der een randje felrood.
Vrijwel kaal maar de haren die er wel op staan zijn hard en groeien grillig en afwerend verschillende kanten uit.
Opvallend?
Zeer zeker.
Zeg maar gerust behoorlijk afschrikwekkend.
Is niet bijzonder zeldzaam in het Nationaal Park Zuid-Kennemerland en toch had ik het beest in al de jaren dat ik hier werk nog nooit gezien…
Maak kennis met het monster van de Kennemerduinen: de wilgenhoutrups...
Zondagsdienst
Het is dat de collega met wie ik die zondag dienst doe plots op de rem trapt en zegt: " Daar liep een heel groot beest op het fietspad..."
Zodat vervolgens de wandelaars ter hoogte van het Koekoeksbos getrakteerd worden op 2 boswachters die op handen en knieen door de berm kruipen om de wilgenhoutrups -ondertussen overgestoken-voor u in beeld te brengen.
Het fotograferen liet hij -of zij: het onderscheid is met het blote oog niet te zien - zich niet welgevallen.
De rups bleek heel snel te kunnen kruipen. En toen dat niet hielp om met rust gelaten te worden richtte het zich op, zijn grote, zwarte kaken vervaarlijk opengesperd.
Laten we maar aannemen dat het een mannetje was.
Dat praat wat makkelijker.
Met de kaken die hij naar ons opensperde knaagt hij normaal het hout fijn waarmee hij zich voedt.
Meestal kiest hij daarvoor -zoals zijn naam al doet vermoeden- wilgenhout, maar hij eet ook hard hout als eik.
Hij heeft dus waanzinnig sterke kaken.
En hij staat er om bekend dat hij die ook gebruikt om belagers te bijten.
We bleven dus vrij voorzichtig in onze pogingen hem te benaderen.
Winterrust
De wilgenhoutrups doet er soms wel 3 jaar over voor hij gaat verpoppen.
De winter brengt hij slapend door, warm weggekropen onder de schors van een boom.
Liefst een die hij ook lekker vindt.
Dan kan hij op de eerste warme lentedag gelijk weer beginnen eten…
Misschien dat onze rups op zoek was naar een geschikte overwinteringsboom.
Dat zou wel verklaren waarom hij eind oktober zomaar het fietspad overstak.
We hebben hem uit veiligheidsoverwegingen toch maar wat dieper het duin in gezet.
PS: De nachtvlinder die uiteindelijk uit de pop komt is bescheiden in formaat, donkergrijs en onopvallend en herinnert eigenlijk in niets aan het prachtige, indrukwekkende monster dat zijn rups ooit was!
Foto: Ruud Maaskant Tekst: Ina Roels